• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to primary sidebar

elkedaggroener

inspiratie voor een duurzame leefstijl

  • Home
  • Duurzame inspiratie
    • Hergebruik
    • Ons eten
    • Energie
    • Minder spullen
    • Verzorging
  • Blog
    • Zelf doen
    • Zelf maken
    • Zelf beleven
    • Zelf bouwen
    • Zelf planten
    • Lezen, zien en kopen
  • Shop
    • Kaarsen
    • Houten producten
    • Tuinieren
    • Duurzaamheid
    • DIY
  • Over mij
    • Samenwerking
    • Voor bedrijven
  • Contact

Blog

4 tips voor duurzaam vlees eten

8 maart 2021 door Ageda 1 Comment

vegetarische producten groente soja en vegetarisch kookboek

Betekent duurzaam eten dat we allemaal vegetariër moeten worden? Of zelfs veganist? Nee, maar wel dat we bewuster om moeten gaan met onze vleesconsumptie. Dat betekent minder vlees eten en duurzaam vlees eten. Hoe je dat doet en hoe je dat in je leefpatroon van jou en je gezin invoert, lees je hier in 4 tips.

Tip 1: Minder vlees

We eten met z’n allen best wel heel veel vlees. Dat kan iets minder. Minder vlees eten kan op verschillende manieren. Je kan een dagje geen vlees eten bijvoorbeeld. Dat kan lastig zijn als je niet gewend bent om vegetarisch te koken. Daarom is er vegetarisch vlees bedacht: lekker plantaardig. Durf je een stapje verder, dan kan je ook een heerlijk groentegerecht maken. Favoriet bij ons is een hartige taart: gevuld met groente en met champignons voor de lekkere bite en vegetarische pannenkoeken. Oh, en wist je dat er ook vegetarische kroketten zijn?

Krijg je ruzie thuis omdat er elke dag toch echt vlees op tafel wordt verwacht? Of dat ze het ‘nepvlees’ niet lekker vinden? Maak dan de porties kleiner. Maak je normaal gesproken gehaktballen van 150 gram per stuk, maak ze dan nu van 125 gram. Of geef iedereen één worstje bij de stamppot in plaats van twee.

Tip 2: Duurzaam vlees eten = Koop goed vlees

Duurzaam vlees eten zit ‘m zeker ook in wát voor vlees je koopt. Ga niet voor de kiloknallers in de supermarkt, hoe aantrekkelijk die wat betreft prijs ook lijken. Als je tip 1 ter harte neemt en minder vlees gaat eten, blijft er wat geld over om te besteden aan beter vlees. Je zult merken dat dit vaak ook lekkerder vlees is. En dat er meer vlees over blijft na bereiding. Zo bevat een kiloknaller kip vaak zoveel water dat er na bereiding weinig vlees overblijft. Biologisch vlees uit de supermarkt is duur, en voor een groot gezin wellicht een flinke kostenpost. Maar weet dat er alternatieven zijn.

  • Koop lokaal – er zijn veel boeren die hun eigen vlees verkopen. Een voorbeeld is Zorgboerderij De Hanse Hof in Beilen (waar ik toevallig als vrijwilliger werk). De dieren hebben daar een goed leven en worden met liefde verzorgd. Er zijn natuurlijk meer van dit soort bedrijven. Kijk eens rond in jouw buurt. Het vlees is goed en je betaalt niet de hoofdprijs!
  • Heb je wat ruimte in je vriezer? Koop dan eens een deel van een koe, varken, geit of kip. Bijvoorbeeld van Grutto. Deze dieren hebben een goed leven gehad en hebben op eigen tempo kunnen groeien. De kant en klare vleespakketten zijn zonder toevoegingen. Een hele grote vriezer heb je er overigens niet voor nodig. De pakketten zijn zeer compact en passen in één lade.
  • Koop je toch liever in de supermarkt, let dan in ieder geval op het keurmerk van Beter Leven. Hoe meer sterren, hoe beter. Maar het hebben van het keurmerk is al de eerste stap in de goede richting.

Tip 3: Leer en onderzoek

Zie het eten van minder vlees niet als een last, maar als een manier om iets nieuws te leren. Experimenteer in de keuken, lees kookboeken, sluit je aan bij (online) groepen waar ervaringen worden gedeeld en vragen kunnen worden gesteld. En sta open voor nieuwe ingrediënten.

Wil je helemaal geen vlees meer eten of zelfs helemaal geen dierlijke producten meer gebruiken? Dan is er wel wat meer werk aan de winkel. Want zomaar stoppen met vlees eten terwijl de rest van je eetpatroon hetzelfde blijft, is niet slim. De tekorten die ontstaan in je lichaam (zoals eiwitten, ijzer, vitamine B1 en B12) zal je ergens moeten opvangen in je eetpatroon. Ga er over lezen, vraag ervaring aan vrienden en familie die met het eten van vlees zijn gestopt. En snuffel eens in dat geweldige assortiment aan veganistische en vegetarische kookboeken.

Tip 4: Maak het je makkelijk

Je kunt het verminderen van je vleesconsumptie zo moeilijk maken als je wilt. Daarmee wil ik zeggen dat je je het ook heel makkelijk kunt maken. Bijvoorbeeld door vleesvervangers te kopen. Het is een kwestie van uitproberen welke je lekker vindt. Wij vinden thuis niet alle vleesvervangers even lekker, maar gelukkig verschijnen er vaak weer nieuwe variaties. Nu hebben we een aantal gevonden die echt de structuur en smaak van vlees kan evenaren en we allemaal lekker vinden.

Nu zullen er mensen zijn die zich afvragen waarom je vlees wilt vervangen door een vleesvervanger. Antwoord: het gemak. Wie altijd een bepaalde kookstijl heeft gehad (pasta met gehakt, aardappels groente en vlees, stamppot met rookworst) heeft tijd nodig om van stijl te veranderen. Vleesvervangers zijn de eerste stap in de bewustwording. Langzaam aan zul je je steeds verder gaan verdiepen in een leefstijl met minder vlees.
Wil je helemaal voor het gemak gaan? Ga dan op zoek naar kant-en-klaar. Kijk eens naar de Veganbox. Zij leveren elke week een box vol veganistische ingrediënten, samen met de recepten. Handig voor wie de inspiratie ontbreekt voor gezonde en lekkere gerechten zonder vlees. Het mooie is dat er geen minimale afname is van het aantal boxen en dat je per week kunt opzeggen (of pauzeren). Super handig als je deze box een keer wilt proberen.

In mijn kalender vind je meer ideeën voor eten met minder vlees. Maar ook heel veel andere tips voor een duurzamer leven.
Gebruik de code Mindervlees en ontvang 25% korting.

Elke Dag Groener, 365 tips voor een duurzamer leven

Filed Under: Zelf maken

Wat wil mijn hond vertellen?

1 maart 2021 door Ageda Leave a Comment

hond kijkt met grote ogen

Nero staart me aan met zijn grote bruine ogen. We hebben net samen een eind gewandeld en hij heeft gegeten. Zachtjes piept hij. ‘Wat is er?’, vraag ik hem, tegen beter weten in, want ik heb een hond nog nooit horen antwoorden. Toch blijft de vraag me bij: Waarom staart hij me zo aan? Wat wil mijn hond? Ik besluit om het Jitske te vragen. In haar praktijk De Heemst geeft zij ‘spoorsupportsessies’ voor dieren, waarbij ze contact maakt met het dier en adviezen geeft aan de eigenaar. Manlief wuift de gedachten aan zoiets ‘wazig’ snel weg, maar ik wil het toch weten. Wat wil mijn hond vertellen?

Nero de Griek

Nero is een Griek. Oftewel, een Griekse zwerfhond die als puppy naar Nederland is gehaald voor een betere toekomst. In Griekenland zijn veel zwerfhonden, en hun leven op straat is allesbehalve veilig. Vaak worden ze vergiftigd en beschoten. Een nest puppies belandt al snel in vuilcontainers. Er zijn verschillende stichtingen in Griekenland waar zwerfhonden worden opgevangen. Zij verzorgen de dieren en zoeken nieuwe baasjes in het buitenland.

Van Nero’s eerste weken en maanden weet ik natuurlijk niet veel, wel was zijn eerste nieuwe baas in Nederland geen succes. Hij werd al snel weer teruggeplaatst in de opvang. Daar ontmoetten wij hem. Nero was bang voor alles en iedereen. In de auto onderweg naar zijn nieuwe huis piepte hij continu. Die angst bleef lange tijd: een auto aan de kant van de weg, een mannelijke wandelaar, kinderen op de fiets, hij moest er weinig van hebben. Gelukkig wende hij snel bij ons thuis en werd hij een heerlijk kroel en speelkameraadje. O ja, en waaks. Nero is nu 2 jaar bij ons en het gaat prima. Maar hij heeft zo zijn momenten dat ik graag zou willen weten wat er in zijn kopje omgaat. Waarom gaat hij zo voor me zitten staren. Waarom loopt hij soms piepend achter mee aan? Wat wil mijn hond vertellen?

De sessie

Jitske wil me graag helpen om Nero beter te begrijpen. Zij stemt af op dieren aan de hand van een foto. Ik zou hier (nuchtere Hollander die ik ben) lachend aan voorbij zijn gelopen, ware het niet dat ik Jitske ken en weet hoe zo mensen goed aanvoelt. Dat ze dat met dieren ook kan verbaast me dus niks.

Jitske vraagt me om een foto van Nero te sturen en kort te vertellen wat mijn probleem met hem is.  Een paar dagen later bellen we. Ze heeft contact gemaakt met Nero en heeft een eerste indruk gekregen van hem. Wat ze als eerste bij hem ervaart is “onrust”. Zij denkt dat hij baat zal hebben bij duidelijke leiding. Ze geeft gelijk het eerste advies: “Als hij voor je staat te piepen, probeert hij de leiding te nemen. Het kunnen volgen van een leider zal hem de zekerheid geven waar hij naar verlangt, dus als hij dat doet stuur hem dan naar zijn mand. Ook als je weet dat hij eigenlijk wil spelen, stuur je hem eerst in zijn mand en nodig je hem daarna uit om met je te spelen. Zo bepaal jij de agenda.”

Maar Jitske ontdekt nog iets veel belangrijkers: Nero voelt zich vaak alleen. “Hij mist een hondenmaatje”, vertelt ze. Om zich er gelijk achteraan te verontschuldigen: “Niet dat ik je gelijk een tweede hond wil aanpraten, maar misschien kun je wel voorzien in die behoefte van hem. Spelen met een andere hond is voor hem echt een uitlaatklep en in contact met andere honden kan hij zelfvertrouwen opbouwen.” Spelen met mensen is leuk, maar spelen met andere honden is veel leuker!

DierDier

Een nieuwe ervaring

Ik vind het verhaal van Jitske verhelderend en ik besluit om er direct aan te werken. Bij ons in de buurt is een hondenspeelplaats. Als we tijdens het wandelen langs de speelplaats komen, laat ik hem naar binnen gaan. Ik merk dat hij het fijn vindt. Soms is er een andere hond, soms zijn het er meer. Ze rennen achter elkaar aan, waarbij Nero vaak degene is die voorop loopt. Hij is helemaal enthousiast als hij een hond vindt die zijn snelheid kan bijhouden. Ik hoef niet bang te zijn dat hij daar een uur wil blijven spelen. Na een minuut of 10 is hij er klaar mee en kunnen we verder wandelen.

Thuis maak ik tijd om met hem te spelen. Wanneer ik met hem speel, heb ik alle aandacht voor hem, en niet half voor mijn telefoon. Ik merk dat hij na 5 minuten spelen er ook klaar mee is en zelf zijn kleed weer opzoekt.

Na het wandelen krijgt hij zijn eten. Als hij daarna naar me gaat zitten staren en zacht piepen, stuur ik hem naar zijn mand en zo weet hij ‘nu niet’. Zonder te dralen draait hij zich om en gaat hij liggen. Dat we elkaar nu beter begrijpen en ik hem kan geven wat hij nodig heeft, zoals duidelijkheid en volle aandacht, geeft ons allebei een hoop rust.

Jitske van der Spoel werkt vanuit haar praktijk De Heemst en geeft spoorsupportsessie aan mensen en dieren.

Lees ook:
Ontmoet Nero, onze nieuwe huisgenoot uit Griekenland

Filed Under: Zelf beleven Tagged With: huisdier

In de winter: braam en framboos planten

22 februari 2021 door Ageda Leave a Comment

framboos aan de planten

Een eetbare tuin staat bovenaan mijn lijst. Het is natuurlijk onderdeel van zelfvoorzienend leven. Toen we ons huis kochten, stond er enkel een druif en een heel oude appelboom. Die laatste stond grandioos in de weg en sneuvelde al binnen een maand. Erg lekkere appeltjes waren het overigens niet. De druif heeft me tot nu toe nog niet teleurgesteld en elk jaar geniet ik van heerlijke druivensap. De afgelopen jaren heb ik ook verschillende frambozen, bramen en bessenstruiken gepland. Je hoeft niet lang te wachten tot ze vruchten geven. Dus ga aan de slag en zorg dat je nog deze maand een braam en framboos plant.

Framboos planten

We kennen de zomer en de herfstframboos. En zoals de namen het zeggen: de een geeft vruchten in de zomer, de ander in de herfst. Hou je van frambozen, plant dan beide soorten. Dan kun je van juli tot en met oktober genieten van een lekkere oogst.

Zowel de zomer- als de herfst framboos plant je in de winter, van november tot maart. Zet ze op een zonnige of halfschaduw plek in de tuin. Zorg voor een goede luchtige bodem. Dat doe je door een bodemverbeteraar door je grond te mengen. Dit stimuleert de groei. Plant de frambozen op minimaal 30 cm van elkaar.

Zodra de frambozenstruiken beginnen te groeien hebben ze een steun nodig. Zorg voor een klimrek waar je ze aan vast kunt maken.

Behalve het tijdstip van de oogst is er nog een belangrijk verschil tussen herfst- en zomerframbozen. Zomerframbozen groeien op scheuten van het jaar ervoor en herfstframbozen op scheuten die uitgelopen zijn in het voorjaar. Bij de snoei van zomerframbozen laat je daarom de jonge scheuten staan voor het volgend jaar en snoei je enkel de takken die framboos gedragen hebben weg. Bij herfstframbozen zullen de jonge scheuten vruchten dragen in het najaar op de top van de takken.

Tip: plant ook gele frambozen. Deze schijnen minder aantrekkelijk te zijn voor de vogels, omdat zij deze associëren met onrijpe besjes. Dan blijft er dus meer voor jou over.

Braam planten

Bramen plant je net als framboos in de winter. Zoek een beschutte, zonnige of licht beschaduwde plek. Meng de grond met een bodemverbeteraar om de bramenstruik een goede start te geven. Zorg ervoor dat bij het planten de wortels worden verspreid en aangedrukt.

Ook bij bramen is het verstandig om ze te leiden. Ze groeien hard, soms wel 5 meter per seizoen en voor je het weet liggen de takken over de grond. Maak een mooi klimrek waar ze zich aan vast kunnen houden. Dit kan simpel door twee palen in de grond op een afstand van zo’n 3 meter te slaan. Daartussen span je (ijzer) draad. De eerste draad op een halve meter hoogte, en daarna steeds om de 30 cm. Tot uiteindelijk een hoogte van zo’n 1,80. Bind de jonge takken in een waaiervorm aan de draden. Dus eerst omhoog en dan zijwaarts.

Bij bramen komen de vruchten aan de takken die in het jaar ervoor zijn gevormd. Dat betekent dat je alle takken waar vorig jaar bramen aan groeide, in de wintermaanden kunt wegsnoeien. En doe dat ook, want bramen hebben, dankzij hun sterke groeikracht de neiging om te woekeren. Op deze manier houd je ze in toom en zorg je steeds weer voor een grote opbrengst.

Wist je overigens  dat je van het blad van braam en framboos planten heerlijke thee kunt maken?

Afbeelding van Ieva Karklina via Pixabay

Filed Under: Zelf planten Tagged With: fruit, tuinieren

Zuurkool van rode kool en bloemkool: stappenplan fermenteren

15 februari 2021 door Ageda Leave a Comment

Dacht jij dat je zuurkool alleen van witte kool gemaakt kan worden? Fout. Alle soorten kool kan je hiervoor gebruiken. Zelfs rode kool en bloemkool. Het is een kwestie van fermenteren. Een stappenplan fermenteren vind je hier.

Wat is fermenteren?

Bij fermentatie worden schimmels, bacteriën en gisten aan het werk gezet. Klinkt niet lekker? Dan heb je zeker nog nooit yoghurt, wijn of zuurkool geproefd. Inderdaad, dat is gefermenteerd voedsel. De micro-organismen zorgen er tijdens het proces voor dat een product langer houdbaar wordt, van smaak verandert of beter verteerbaar wordt.

Fermenteren kan je zelf

Het lijkt rocket science, maar fermenteren is helemaal niet zo ingewikkeld. Er bestaan verschillende processen, onder andere met en zonder zuurstof. Ik beperk me op dit moment nog tot het fermenteren van groente. Vooral tijdens het oogstseizoen handig als ik met een overschot aan kolen of wortels zit. Fermenteren is dan een handige manier van bewaren.

Wat heb je nodig voor fermenteren

Fermenteren is dus niet ingewikkeld. Maar voor mij is het net zo belangrijk dat ik niet veel nodig heb om te kunnen starten met fermenteren. Het is heel puur. Behalve zeezout, water, groente en een steriele pot heb je niets extra’s nodig. O ja, een klein beetje geduld misschien.

Stappenplan fermenteren

  • Kies een stevige groente: wortel, rode biet, spruitjes of verschillende soorten kool.
  • Snijd de groente fijn.
  • Strooi er zeezout over: 2% van het gewicht aan groente. Meng goed door elkaar.
  • Doe de groente over in een gesteriliseerde pot. Kneus het een beetje door het aan te drukken. Doe er net zoveel water bij dat de groente onderstaat.
  • De groente heeft de neiging om boven het water uit te komen. Voorkom dit door een plastic zak gevuld met water er boven op te leggen. Eventueel boven op een blad van diezelfde groente (bijvoorbeeld een blad rode kool bovenop de fijngesneden rode kool). Of gebruik satestokjes, die je kruislings bovenop klemt.
  • Sluit de pot goed af en zet ‘m op een warme plek. Open elke dag de pot om lucht te laten ontsnappen. Na 3 of 4 dagen kun je proeven. Is de smaak goed, zet de pot dan in de koelkast. Hoe langer het fermentatieproces duurt, hoe sterker het gaat smaken.

Probeer de verschillende groente en ga lekker experimenteren. Ik ben benieuwd naar je resultaat. Mijn rode kool was na 2 weken goed op smaak. Het is een heerlijke bijgerecht geworden.

Meer weten over fermenteren en andere vormen van inmaken? Het boek van Instock cooking is een echte aanrader.

Wist je dat je je keukenafval ook kunt fermenteren en omzetten in plantenvoeding? Dat is de Bokashi methode.

 

Filed Under: Zelf maken Tagged With: fermenteren, inmaken

Vind de mooiste wandelroutes in Nederland

8 februari 2021 door Ageda Leave a Comment

wandelschoenen

We wandelen wat af in Nederland. Vooral nu tijdens de coronacrisis. Geen land met zoveel wandelroutes. En daar maak ik gretig gebruik van. Ik wandel regelmatig en heb al grote delen van Nederland ontdekt. Toch word ik altijd weer blij verrast tijdens een wandeling. Eigenlijk maakt het niet uit waar ik loop: door een stadje, op het platteland, over heuvels, elk landschap heeft z’n charmes. En elk seizoen is weer anders. Zo vind jij de mooiste wandelroutes in Nederland.

Bij jou in de buurt weet je waarschijnlijk wel de leuke paadjes. Maar wat als je een nieuw gebied wilt ontdekken? Wandelroutes liggen voor het oprapen.

Kies een leuke wandelroute

Er zijn natuurlijk prachtige wandelgidsen te koop. Ik hou van wandelroutes die ook achtergrondinformatie geven, waardoor ik leer over landschap en geschiedenis van een regio. En de voorpret om dat van te voren te lezen, en de route in me op te nemen, is al een genot.

Ook online zijn er voldoende manieren om aan mooie wandelroutes in Nederland te komen. Neem nu Drenthe (mijn eigen regio, dus ik weet dat het hier heel mooi is 😊). De website EindjeominDrenthe telt 50 wandelroutes met verschillende lengtes (en daarnaast ook fietsroutes). Ik heb ze nog niet allemaal gehad, maar het begint op te schieten.
Een andere aanrader zijn de wandelnetwerken. Bijna alle provincies hebben hun eigen wandelnetwerk. Een goede start is de pagina van de ANWB die, net als de netwerkfietsroutes, alle wandelnetwerken op een rijtje heeft staan. En daarnaast ook hun uitgestippelde routes hebben. Een landelijk overzicht van uitgestippelde routes vind je overigens ook bij Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Inspiratie genoeg dus.

Ga goed uitgerust op pad

Of het nu om 5 km gaat, of 25 kilometer, zorg ervoor dat je goed uitgerust op pad gaat. Dat betekent goede schoenen, kleding in laagjes (kan je makkelijk iets uit of aantrekken als de temperatuur verandert), een flesje water en je telefoon. De telefoon heeft iets toegevoegd aan het wandelen, maar ook iets afgepakt. Een beetje verdwalen in Nederland is nu praktisch onmogelijk. Overal is goed bereik en je telefoon vertelt je precies waar je staat. Aan de andere kant geeft het ook een gevoel van veiligheid, en kan je er een keer voor kiezen om af te wijken van de route. De weg naar huis/auto/fiets/trein vind je vanzelf weer.

Goede wandelsokken

Ik zou het bijna vergeten, maar goede sokken zijn ook essentieel. Want een mooie wandeling moet  niet worden verpest door pijnlijke voeten. De ervaring spreekt hier. Daarbij denk je natuurlijk eerst aan goed schoeisel, maar sokken zijn even belangrijk. De een houdt van dikke wandelsokken, de andere van dunne. Het belangrijkste is dat je voeten niet gaan transpireren en dat er geen wrijving ontstaat, want dat is het recept voor een goede blaar. Daarnaast is het wel zo prettig dat je voeten lekker warm blijven, vooral in de winter. Daarom draag ik altijd wandelsokken van bamboe. Die zijn superzacht en absorberen goed. Zelfs zomers zorgen ze niet voor zweetvoeten. En in de winter houden ze mijn voeten warm.  Ik loop op sokken van Koning Bamboe.

Ik hoop dat ik je heb weten te inspireren om de schoenen (en sokken) aan te trekken en de mooie wandelroutes in Nederland te ontdekken. Alleen, samen of met de hond. Het maakt niet uit. Geniet van de buitenlucht, geniet van de natuur en van de altijd veranderende omgeving.

Deze blog is voor een deel gesponsord. Ik werk alleen met gesponsorde blogs wanneer het product waarover ik schrijf, daadwerkelijk duurzaam is en het bedrijf dit kan verantwoorden.

Filed Under: Zelf beleven Tagged With: bamboe, wandelen

Maak je eigen tuindecoratie door te recyclen

1 februari 2021 door Ageda Leave a Comment

Het hele jaar door ben ik bezig in de tuin. Ook in de winter. Dan ben ik vooral aan het bedenken hoe ik mijn tuin nog mooier kan maken. Dat kan natuurlijk met bloemen en planten, maar ook met tuinornamenten: beelden, potten, stapstenen of plantenbakken. Ga je naar een tuincentrum voor deze dingen, dan kom je er uit met een lege portemonnee. Liever maak je het zelf. Ruim je huis op en kijk hoe je versleten of kapotte spullen in je tuin een tweede leven kunnen krijgen. Laat je creativiteit de vrije loop. Tuindecoratie zelf maken is niet moeilijk. Ik geef je een paar voorbeelden.

  1. Mozaïek aan de muur van gebroken aardewerk

Bij ons sneuvelen er jaarlijks wel een aantal borden, mokken, schaaltjes of bloempotten. Zo jammer, vooral toen mijn favoriete beker sneuvelde. Maar in plaats van de scherven in de vuilnisbak te gooien, bewaarde ik ze. Want met gebroken aardewerk kan je leuke dingen maken. Zoals een mozaïektegel. Het enige dat je nodig hebt is je gesneuvelde servies en gips.

Plaats de brokstukken in een dikke plastic zak en sla ze voorzichtig met een hamer in kleinere stukken. Niet té klein, want hele kleine scherven zijn niet meer te gebruiken. Draag eventueel oogbescherming, want je wilt geen scherven in je ogen krijgen. Neem een vorm die je mooi vindt (bijvoorbeeld een taartvorm) en leg de brokstukken er zo in dat je een mooi patroon krijgt.

Je idee is klaar, nu de uitvoering. Meng het gips volgens de instructie op de verpakking. Plaats de vorm op een dik stuk karton of wat hout en vul deze met gips, zo dik als jij het wilt. Leg daarna het gebroken serviesgoed in het gips, je patroon aanhoudend. Duw ze voorzichtig naar binnen zodat het bijna gelijk ligt met het oppervlak, maar niet helemaal. Hierdoor kan het iets ‘zinken’ terwijl het droogt. Laat het geheel minstens een nacht drogen.

Maak er een haak aan vast met behulp van wat secondelijm en hang het op: aan de schuurdeur of in de boom. Wil je stapstenen maken, vervang dan het gips door cement en maak mallen van hout.

  1. Gerecyclede plantenbakken

Zelf een plantenbak maken is niet heel ingewikkeld. Het belangrijkste dat een plantenbak nodig heeft is een afvoer. Maak dus onderin je item dat gaat dienen als plantenbak een paar gaten. Lukt dit niet? Voeg dan een laag grind of kleine steentje onderin toe. Dit voorkomt dat je plantenbak een modderpoel wordt.

Maak je plantenbak van:

Oude laarzen: zelf verslijt ik elke twee jaar wel een paar laarzen. Het is mijn schoeisel in de tuin.  Maar hiervoor kan je ook kinderlaarzen gebruiken. Het leukste is om twee oude laarzen bij elkaar te zetten. Maak een gaatje onderin en vul met potgrond. Plant er lobelia in of viooltjes. Die laatste staan ook in de winter er nog leuk bij. Zet ze bij de voordeur of hang ze aan de schutting.

Pannen of theepotten: Een klimop in een mooie geëmailleerde ketel ziet er eigenzinnig uit. Maar een oude pan met mooie bloemen staat ook geweldig op tafel. Zoals ik al schreef: overal passen plantjes in, zolang je maar zorgt voor een goede afvoer. Dus ook in de oude roestige kruiwagen of waterteil.

Blik: bewaar al je groenteblikken. Verwijder de etiketten en maak gaatje in de bodem. Je kunt ze schilderen of in hun natuurlijke staat laten. Maak ze vast aan een (kale) omheining. Zet ze in een groep en plaats er kleurrijke bloemen in. Het geeft niet dat als ze wat roestig worden. Dat ziet er juist stoer en aantrekkelijk uit. Of ben je net als wij aan het klussen, dan slingeren er vast wel her en der oude verfpotten rond. Zet een plant met paarse bloemetjes in een paarse verfpot en een oranje plant in een oranje verfpot.

Oude tassen: Tassen die je niet meer gebruikt voor de boodschappen omdat bijvoorbeeld de hengsels kapot zijn, kun je gebruiken als kweekzakken voor groente. Het is een prima plek voor je tomaten, aardappels of kruiden. Vooral als je een kleine tuin hebt of een balkon kan het een uitkomst bieden. Zo ziet een aardappelkweekzak er uit.

Of maak tuindecoratie zelf door bloempotten te pimpen. Bijvoorbeeld met jeansstof.

  1. Kunst in de tuin

Ben je niet zo’n kunstenaar? Dat geeft niet. Ik ook niet. Toch kan je leuke kunstwerkjes als tuindecoratie zelf maken, zonder creatieve vingers.

Windgong

Maak bijvoorbeeld een windgong van oud bestek en een vergiet. Maak het bestek vast aan het vergiet (of andere cirkel) en hang deze op een winderige plek. Met flessendoppen kan natuurlijk ook.

Vogelvoederpoppetjes

Met een bloempotje als hoed, en een bol vet als hoofd eronder. Een lichaam van gedopte pinda’s en ledematen van ongedopte pinda’s. Leuk voor in de tuin en lekker voor de vogels.

poppetje van vogelvoer

Ingelijste plant

Ligt er nog ergens en fotolijst zonder foto? Zet ‘m op een mooie plek in de tuin en plaats er een mooie plantenbak achter. Dat is per direct een kunstwerk.

Gespiegelde tuin

Hang een oude spiegel aan de schutting of in de boom. De weerspiegeling van de tuin is al een kunstwerk op zich.

Wil je je tuindecoratie zelf maken, maar voel je je een beetje onzeker of je het wel kan? Een belangrijke tip: wees niet bang om te beginnen en geniet van het proces van maken. En mocht er toch iets misgaan: weggooien kan altijd nog. En onthoud dat experimenteren deel uitmaakt van het plezier.

Afbeelding van Oldiefan via Pixabay

Filed Under: Zelf maken Tagged With: DIY, tuinieren

Nationale pindakaasdag met de lekkerste pindakaas recepten

25 januari 2021 door Ageda Leave a Comment

Vandaag is het nationale pindakaasdag. Wij maken al een aantal jaren onze eigen pindakaas. Eerst alleen voor onszelf. Maar toen lieten we het anderen proeven, en al snel waren we een paar potjes armer. We besloten vorig jaar om onze pindakaas op kleine schaal te verkopen, onder de naam Piets Pindakaas. Gewoon langs de weg, voor de deur. Er zijn best veel mensen die van pindakaas houden, merkten we al snel. Daarom een paar lekkere en makkelijke pindakaas recepten.

Geschiedenis van pindakaas

Maar eerst een stukje geschiedenis. Sinds wanneer kennen wij pindakaas? Bijna iedereen is opgegroeid met pindakaas. Het blijft altijd vreemd dat het pinda-kaas wordt genoemd, terwijl het niks met kaas te maken heeft. Maar dit heeft een reden, lees ik op Wikipedia. In Amerika heette het peanut butter. Toen het naar Nederland werd geïmporteerd, mocht het geen pindaboter heten, omdat het volgens de ‘Boterwet’ verboden was om een product boter te noemen als er geen zuivel in verwerkt zat.

Waarom het dan wel de toevoeging ‘kaas’ mocht krijgen, is onduidelijk. Een mogelijke reden is dat al een eeuw eerder in een Surinaams-Duits woordenboek het Surinaamse gerecht Pindadokun (wat overigens niet hetzelfde was als de pindakaas van nu) in het Duits werd vertaald als ‘Pinda-käse’.

Pindakaas en Suriname

Het was ook een Surinamer die de pindakaas voor het eerst op Nederlandse markt bracht, nog voor Calvé. Harry Bharos had aan het eind van de Tweede Wereldoorlog zijn eerste pindakaasbedrijf aan huis. In 1952 opende hij zijn eigen winkel in Suriname en verkocht pindakaas onder de naam Bharos Pindakaas: een lekkere pittige pindakaas die beroemd was onder de Surinamers. Nu snap ik eindelijke waar het gebruik vandaan komt om sambal op de pindakaas te smeren!

Hoe gezond is pindakaas?

Pindakaas is absoluut niet ongezond. Maar het hangt er wel vanaf welke pindakaas je eet. Uit veel merken pindakaas is de pindaolie verwijderd en vervangen door goedkoop palmvet. Dit laatste is niet gezond en zeker niet goed voor het milieu. De pinda-olie wordt dan weer verkocht als archideolie. Daarnaast bevatten deze merken Pindakaas vaak veel zout en suiker. Lees dus even de ingredientenlijst op het potje.

Pure pindakaas, zoals Harry Bharos die maakte en zoals ook die van ons gemaakt wordt, is gezonder. Het is rijk aan plantaardige vetten en eiwitten, vitaminen en mineralen. En het is een goede bron van voedingsvezels. Maar let wel op: pinda’s bevatten veel koolhydraten. Het zijn overigens geen noten, maar peulvruchten.

De lekkerste pindakaas recepten

Hoewel wij pindakaas vooral als broodbeleg kennen, is het toch een veelzijdiger product. Eet pindakaas bij het ontbijt, lunch, hoofdgerecht of tussendoortje. Ik zou overigens niet en-en doen, maar of-of. Hieronder deel ik de lekkerste pindakaas recepten

Pindakaas bij het ontbijt

Met een broodje pindakaas is niks mis. Maar hij wordt nog lekkerder met een topping. Neem een boterham en besmeer hem dik met pindakaas. Maak ‘m af met een topping van sambal, banaan, hagelslag, jam (peanutbutter-jelly), appel of speculaas.

Pindakaas als lunch

Deze pindakaas pannenkoek vond ik op de site van Goodmoodmama. Zo super simpel

Recept Pindakaas Pannenkoek

  • 250 ml melk
  • 100 gram bloem
  • 25 gram havermout
  • 5 gram kokosrasp
  • 1 ei
  • Eetlepel koekkruiden of kaneel
  • Goede eetlepel pindakaas
  • Snufje zout

Bloem, havermout, kokosrasp, koekkruiden en zout in een kom of maatbeker en even doorroeren. Voeg de melk toe en kluts met een garde tot een glad beslag. Voeg dan het ei en de pindakaas toe en kluts weer tot een egaal mengsel. Bak in een pan ongeveer 6 stuks en beleg naar keuze.

Pindakaas als hoofdgerecht

Dan kan je gaan voor een echte lekkere Surinaamse pindasoep. Maar favoriet is toch een nasi of bami met pindasaus. In een handomdraai gemaakt:

Recept pindasaus

  • 2 eetlepels olijfolie
  • 1 kleine ui
  • 2-3 teentjes knoflook
  • ½ verse rode peper of een theelepel sambal
  • 1 theelepel gemalen komijnzaad
  • 1 theelepel gemalen koriander
  • ½ theelepel laos
  • Snuf zout
  • 2 volle eetlepels pindakaas
  • 3 eetlepels ketjap manis
  • 150 ml water

Snipper de ui en knoflook fijn. Ontdoe de rode peper van zaadjes en snij ook fijn. Fruit in een steelpannetje de uit, knoflook en rode peper een paar minuten. Voeg dan de kruiden toe en en snufje zout. Bak het mengsel nog een paar minuten zachtjes en doe dan de pindakaas erbij. Roer zachtjes totdat het mengsel goed warm is. Voeg dan de ketjap toe en roer tot een homogeen mengsel. Schenk tot slot al roerend met een garde 150 ml kokend water bij de saus. Blijf roeren totdat de saus de gewenste dikte heeft.

 

potjes pindakaas

Pindakaas als tussendoortje

Dit is een van onze favoriete tussendoortjes. Vooral omdat het zo simpel te maken is. En deze ingrediënten hebben we bijna altijd in huis.

Recept haverkoeken

  • 150 gram havermout
  • 50 gram pindakaas
  • 1 banaan
  • 1 ei
  • 50 gram hazelnoten
  • 60 gram pure chocola
  • scheutje olijfolie

Verwarm de oven voor op 180 graden. Mix de havermout met de banaan, het ei, een scheutje olijfolie en de pindakaas. Hak de noten grof en meng ze door de havermout. Leg in een ovenschaal van 20×20 een bakpapiertje en verdeel het mengsel over de schaal. Druk goed aan. Bak de haverrepen in ongeveer 30 minuten af. Laat ze vervolgens afkoelen. Smelt de chocolade au bain-marie en smeer de chocolade met een mes over de haverrepen. Laat de chocolade uitharden en snijd de repen in 8 gelijke plakken.

Met deze lekkere pindakaas recepten is het elke dag Pindakaasdag!

 

Filed Under: Zelf maken Tagged With: pindakaas, recepten

Leestip: Permacultuurprincipes in de natuurlijke moestuin

18 januari 2021 door Ageda Leave a Comment

Een van mijn favoriete bloggers over tuinieren is Frank Anrijs. Wekelijks lees ik zijn verhalen en hij brengt me de kennis bij van biologisch tuinieren met de natuur mee. Onlangs verscheen zijn boek ‘Permacultuurprincipes in de natuurlijke moestuin’ dat hij samen met zijn moeder schreef. Een ware bijbel voor iedereen die succesvol wil tuinieren zonder ooit een bestrijdingsmiddel aan te hoeven raken.

Frank Anrijs heeft een missie: mensen leren tuinieren volgens de principes van de natuur. Zijn project Yggdrasil in Tienen (Belgie) is het oudste permacultuurproject in Vlaanderen. Er wordt al meer dan twintig jaar groenten gekweekt op een natuurlijke manier. Anrijs beschrijft in zijn nieuwe boek wat permacultuur inhoudt.

“Permacultuur vertrekt vanuit de holistische visie dat alles een geheel vormt en dat wij ook een deel van dat geheel zijn. Ingrijpen op een punt heeft zijn weerslag op vele andere elementen zonder dat we vooraf beseffen waar en hoe zich dat zal voordoen. Samenwerking met alle elementen is heel belangrijk en de inspiratie daarvoor komt uit de natuur. Het betekent dat je afstand doet van de idee dat de mens alles beter weet en alles beter kan en dat ingrijpen noodzakelijk is om voedsel te kweken. (…) Maar permacultuur is een dans waarbij de natuur de leiding heeft. Je geeft de regie uit handen, vertrouwen komt in de plaats, goed wetend dat je het hele systeem moet toepassen en een beetje geduld moet oefenen om succes te hebben. Elke ingreep brengt het systeem uit evenwicht. Als je aan een draadje van een mobiel trekt, beweegt het hele ding.”

Anrijs noemt als voorbeeld het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Daarmee haal je het systeem overhoop waardoor je moet blijven ingrijpen. “Permacultuur is allereerst eerbied voor al het leven.”

Theorie en praktijk in het boek

Het fijne van het boek is dat Frank en zijn moeder Lucrèce direct met praktijkvoorbeelden komen na de theorie. Want hoe helder het principe van permacultuur ook lijkt, we staan inmiddels zover van de natuur dat het niet altijd even duidelijk is hoe we de principes in de praktijk kunnen uitvoeren. Voorbeeld: Wanneer Anrijs uitlegt over zorg voor de Aarde en dat dat begint met zorgen voor je bodem, legt hij uit dat dat in de praktijk betekent dat je geen bodembewerking doet: niet spitten of luchten, maar enkel mulchen (het bedekken van de bodem) en planten.

Projecten in een natuurlijke moestuin

Heel fijn zijn ook de projecten die stap voor stap beschreven staan. Hoe maak je een takkenril, een kruidenspiraal of oorwormpotjes? Oorwormpotjes? Ja! Wist je dat oorwormen heel nuttige beestjes zijn? Ze zijn dol op bladluizen. Deze insecten wíl je in je tuin hebben. Dus nodig je ze uit door ze een lekkere nestplaats te geven. Hoe het werkt en gemaakt moet worden, staat allemaal tot in de detail beschreven.  Het boek is rijkelijk in kleur geïllustreerd. En dat maakt dat mijn handen nog harder gaan jeuken.

Tot slot

Het boek is geen boek om in een adem uit te lezen. Na elk hoofdstuk tolt mijn hoofd van de ideeën die ik wil toepassen in mijn eigen tuin. Van het besef dat iets op een bepaalde manier werkt dat ik zelf nog niet had ontdekt. Dat ik met een simpele aanpassing een heel groot verschil kan maken in mijn tuin wat betreft vruchtbaarheid en opbrengst, of het aantrekken van meer dieren in de tuin. Het is een boek dat ik zeker vaker erbij ga pakken op mijn reis naar een tuin in balans.

Deze blog kan affiliate links bevatten. Dit betekent dat ik een commissie ontvang wanneer jij via mijn link overgaat tot aanschaf van een product. Echter zonder extra kosten voor jou. Het helpt mij om mijn missie om toe te werken naar een duurzamere wereld uit te voeren.

 

Filed Under: Zelf beleven Tagged With: leestip, moestuin

Appelboom snoeien in januari

12 januari 2021 door Ageda Leave a Comment

Mijn tuin is in diepe rust. Alles ligt er verlaten bij. Hier en daar doet een groentesoort nog zijn best om een kleine oogst te produceren, zoals de boerenkool en de spruitjes. Net genoeg voor een gezin van drie. Alle struiken en bomen hebben hun blad verloren. Het is rusttijd, voor de tuin en voor de tuinierster. Op een klus na: ik moet appelboom snoeien.

Hoewel, niet helemaal natuurlijk. Er is een aantal klussen dat moet gebeuren in januari. En een daarvan is het snoeien van de fruitbomen. Het liefst ga ik de appelboom snoeien in januari. Ik kan dit klusje nog wel uitstellen tot februari, maar dan komen de andere werkzaamheden al langzaam op gang. En dan kan ik het snoeien maar beter achter de rug hebben.

Waarom moeten we snoeien?

Maar eerst: waarom moeten we snoeien. Moeten hoeven we natuurlijk niks. Snoeien doen we om de productie van bloemen en/of vruchten te verhogen. En de  grootte en kwaliteit hiervan te verbeteren. Maar ook snoei je om een bepaalde vorm te krijgen en de grootte binnen bepaalde grenzen te houden. Maar misschien nog wel de belangrijkste: om de boom gezond en krachtig te houden. Want als hij niet gezond en sterk is, kan hij zijn taak niet goed verrichten.

Niet alle fruitbomen en -struiken worden in dezelfde periode gesnoeid. Dus voordat je nu voortvarend aan de slag gaat, wacht even tot je het volgende weet

Wanneer snoei je wat:

  • Een peren- en appelboom snoei je in de winter.
  • Druif snoei je in de winter.
  • Een pruimenboom hoeft niet per se gesnoeid te worden. Maar is het nodig, doe het dan in het vroege voorjaar of na de laatste oogst.
  • Rode en aalbessen snoei je in het vroege voorjaar
  • Vlierbes snoei je in de maand maart.
  • Hazelaar snoei je terug eind februari
  • De kruisbes snoei je in februari-maart

Waar moet je op letten?

Aangezien we nu hartje winter zitten, beperk ik me nu tot het snoeien van de appel en perenboom. Welke maand er precies gesnoeid moet worden, maakt niet heel veel uit. Zolang het maar in de winter is en je rekening houdt met twee factoren:

  1. Snoei niet tijdens een strenge vorstperiode.
  2. Snoei altijd met droog weer. Een boom die net is gesnoeid is namelijk vatbaar voor schimmels en infecties die juist in natte periodes hard kunnen toeslaan.

Zomaar zonder enige kennis beginnen met het snoeien van een fruitboom is niet aan te raden. Je kan een boom of struik meer schade aanbrengen dan de bedoeling is. Dat kan ervoor zorgen dat je een jaar lang juist helemaal geen bloemen of vruchten krijgt. Lees je daarom goed in over hoe je moet snoeien. En weet dat niet elke boom hetzelfde is: het snoeien van een appelboom is anders dan het snoeien van een kers, een druif of een bramenstruik.

Terug naar de appelboom. Het snoeien van een appelboom komt overigens wel overeen met het snoeien van een perenboom. In onze tuin staan 5 appelbomen en 1 perenboom. En alle 6 bomen kunnen een snoeibeurt gebruiken.

Snoeien voor beginners

Op een plaatje ziet het snoeiproces er simpel uit. Maar als je eenmaal bij je fruitboom staat, dan is het vaak moeilijk om de eerste knip te zetten. Waar begin je. Wat mag er af, en wat niet?

  1. Bekijk de boom eens goed. Zoek 3 of 4 gesteltakken. Dit zijn dikkere takken die de basis van je boom vormen. Deze stevige takken staan mooi in balans rond de boom. Vanuit deze takken kijk je verder.
  2. De rest van de takken aan de hoofdstam snoei je weg. Knip ze zo dicht mogelijk tegen de hoofdtak (de tak/stam waar de gesteltakken ook uit komen) af.
  3. Snoei de waterloten. Dat zijn takken die recht omhoog groeien. Ze zijn het afgelopen jaar hard gegroeid. Je herkent ze ook aan de kleur: ze zien er jonger uit, en zijn rood-bruin van kleur. Snoei deze takken helemaal terug. Hierdoor zorg je ervoor dat er vanaf de top van de boom meer licht wordt doorgelaten. En licht is essentieel voor de groei. Enkele waterloten mag je laten staan. Want daar komen in het voorjaar bloemknoppen aan. .
  4. Snoei ook dode takken weg, evenals takken die elkaar kruisen en die naar binnen groeien.
  5. Tot slot: groeien er takken onder aan de stam? Snoei deze ook helemaal weg. Hier zal nooit fruit aankomen, maar ze maken wel gebruik van de energie van de boom. Handiger is om gedurende het jaar deze takjes als ze nog heel klein zijn, met je duim te verwijderen door even over de stam te wrijven.

Nu ben je er nog niet, maar de basis is er. Hoe nu verder hangt helemaal af van je boom. Lees dit mooie verhaal in Trouw om te begrijpen hoe fruitbomen ‘werken’. Beter nog is om een snoeicursus te volgen. Bijvoorbeeld bij Velt.

Moestuinklussen in januari

De maand januari is verder uitstekend geschikt voor het opstellen van een moestuin en het bestellen of verzamelen van planten en zaden. Gereedschap kan worden schoongemaakt en je kunt alvast bakjes gaan verzamelen om in te zaaien. Kortom: binnenkort wordt je tuin langzaam wakker. Zorg ervoor dat jij er dan klaar voor bent.

Meer weten over moestuinieren? Lees hier mijn top 5 moestuinboeken.

 

Filed Under: Zelf planten Tagged With: moestuin

Afval verminderen in vier stappen

4 januari 2021 door Ageda 2 Comments

Plastic afval

Dat afval een probleem is weten we inmiddels allemaal. Al jaren produceren we gemiddeld zo’n 500 kilo afval per persoon. Hoewel we in de loop der jaren wel meer afval zijn gaan scheiden, is de totale hoeveelheid dus niet teruggebracht. En dat zou toch moeten. En het kan. Door een aantal dagelijkse gewoonten te veranderen, kunnen we makkelijk onze hoeveelheid huishoudelijk afval verminderen.

Hoe je je afvalberg vermindert, laat ik je hieronder in een aantal stappen zien.

#1 Monitoren

Hoe kan je nu je hoeveelheid afval verminderen, als je niet weet hoeveel afval je produceert. En wát je produceert. Krijg dus inzicht in het probleem. Door in te zien hoeveel afval je op dit moment produceert, kun je voor jezelf haalbare doelen stellen. Want in een klap afvalvrij, dat lukt niemand. Maar je afval verminderen met 25% het komende half jaar, is wel te overzien. De beste manier om dit te doen, is door gedurende een maand bij te houden waar je afval uit bestaat. Ben je net naar de supermarkt geweest? Kijk dan eens goed in je tas en schrijf op welke producten veel verpakkingsmateriaal bevatten. Wees je daar van bewust en bedenk alternatieven. Kijk ook naar de producten die je online besteld. Welke alternatieven kan je daarvoor vinden?

Voorbeeld alternatieven
  • Melkpak – melkfles met statiegeld
  • Sappakken – fles siroop (waar je veel langer mee doet)
  • Wattenschijfjes – wasbare katoenenschijfjes
  • Brood in plastic zak – brood in eigen meegebrachte katoenen zak
  • Verpakt vlees – laat de slager het vlees in een bakje doen
  • Nootjes in een zakje – laat de notenboer de pinda’s in een meegebracht bakje doen
  • Let verder op dubbele verpakkingen: bijvoorbeeld koekjes die per stuk zijn verpakt.
  • Online bestelling? Let op het verpakkingsmateriaal. Wanneer ik iets verstuur vanuit mijn webshop, is het zoveel mogelijk in hergebruikt verpakkingsmateriaal.

Kijk hier voor nog meer oplossingen.

#2 Geld verdienen

Het gaat natuurlijk niet alleen om huishoudelijk afval. Ook oude apparaten, kleding en meubels worden vaak weggegooid in ruil voor een mooier of nieuwer alternatief. Maar je kunt er ook aan denken om ze te verkopen, als is het maar voor een klein bedrag. Er zijn genoeg gezinnen in Nederland die het moeilijk hebben, dus waarom zou je ze niet helpen door producten die voor jou niet meer voldoen maar nog altijd werken, tegen een sterk gereduceerde prijs aan te bieden? Zo verdien jij wat geld, en help je een ander. Wil je niet verkopen, dan kan je het natuurlijk altijd nog naar een kringloopwinkel brengen.

Wat kan je doen? Loop je kasten bij langs en kijk wat je al lange tijd niet hebt gebruikt of gedragen. Die broodbakmachine? Misschien ga je ooooit nog broodbakken. Maar he, dan heb je ook altijd nog een oven. Die net iets te strakke broek die je 5 jaar geleden nog paste? Kans is groot dat je ‘m nooit meer past, want naarmate we ouder worden verandert ons figuur. Maak een lijstje en kijk wat nog goed genoeg is om te verkopen en zet het op marktplaats of breng het naar de kringloop.

#3 Koop minder

Een van de grootste problemen in de moderne wereld: we kopen te veel. We kopen kleding die we niet dragen, we kopen eten dat we niet consumeren, we kopen spullen die we niet gebruiken. Bijzonder toch? Een beetje verwaand en arrogant eigenlijk. Dus: koop niet wat je niet nodig hebt. Daarmee spaar je een hoop afval en je verlaagt je uitgaven aanzienlijk.

Wat kan je doen? Houd deze maand als je aanschaffen bij. Evalueer naderhand. Was het echt een aanschaf die je nodig had? Gebruik/draag je het al? Hoe blij word je er van? Was het echt nodig? De volgende maand hou je dit lijstje erbij vóórdat je overgaat tot aanschaf.

Dit is in feite het beste dat je kunt doen als het gaat om het verkleinen van je afvalberg. Want wat je niet hebt, kan je ook niet weggooien.

#4 Kun je het repareren?

Tegenwoordig vervangen we producten die kapot zijn, voordat we zelfs maar hebben overwogen om het te laten repareren. Maar heel veel producten kun je laten maken. Een jas waarvan de rits stuk is? Kleermakers zijn er genoeg. Schoenzool versleten? Ook schoenmakers zijn er nog altijd. Ergens een pootje af, stekker stuk, lampje kapot of je krijgt iets niet meer aan de praat? Kijk eerst of je het kan (laten) repareren.

Als iedereen de moeite zou nemen om zijn kapotte spullen te repareren, zou er minder afval zijn en zou er enorm veel geld worden bespaard.

Conclusie

Zoals je ziet, kan je met een beetje extra inspanning een positieve impact hebben op het milieu door minder afval te produceren. En tegelijkertijd flink wat geld besparen. Geef me eens een goede reden waarom we dit niet zouden doen?

Meer tips over afval verminderen? Lees dan het boek Leven zonder afval van Emily-Jane Townley

 

Filed Under: Zelf doen

5x energiereep maken

30 november 2020 door Ageda Leave a Comment

Af en toe kan je echt even behoefte hebben aan extra koolhydraten. Bijvoorbeeld tijdens het sporten, een lange wandeling of (zoals bij ons vaak het geval is) een intensieve klusdag, lees: vloertje leggen, muurtjes schilderen. Een energiereep gaat er dan wel in. Nee, niet een uit de winkel, maar lekker zelfgemaakt. Want dat is absoluut niet ingewikkeld. Maak ze met de ingrediënten die jij lekker vindt.

1. No bake ontbijtreep

Handig zonder oven. En smeuïg dankzij de notenpasta.
Met havermout, pompoenzaadjes, rozijnen, notenpasta (of pindakaas), honing, zout

Mix 225 gram havermout met 150 gram pompoenzaadjes en 150 gram rozijnen. Roer er 200 gram notenpasta, 225 gram honing en een snufje zout door en mix het goed.  Bedek een platte bakvorm met bakpapier en druk het mengsel in de vorm. Laat dit 4 uur in de koelkast opstijven en snijd het dan in stukken.

2. Energiereep met 4 ingrediënten

Dat je maar weinig ingrediënten nodig hebt voor het maken van een energiereep, bewijst dit recept.
Met dadels, noten, citroenschil en zout

Week 150 gram dadels (zonder pit) 5 minuten in heet water en laat ze vervolgens uitleggen. Maal 150 gram noten kort in de blender (niet te fijn). Snijd de dadels door de helft en blender ze heel even met de noten mee, samen met 1 theelepel geraspte citroenschil en een snufje zout. Vorm van het dadel/noten mengsel een lange rol op een plank. Verpak het in bijenwasdoek (of bakpapier/huishoudfolie als je geen bijenwasdoek hebt) en laat het een paar uur rusten in de koelkast.

3. Tropisch tintje

Voor mij horen kokos en energiereep bij elkaar. Een heerlijke tropische smaak.
Met cashewnoten, amandelen, geraspte kokos, dadels, en kokosolie

Mix 75 gram ongezouten en ongebrande cashewnoten met 75 gram ongezouten en ongebrande amandelen, 75 gram geraspte kokos in de blender helemaal fijn. Voeg 12 dadels zonder pit (5 minuten in heet water geweld) en 2 grote eetlepels kokosolie toe. Mix het totdat alles aan elkaar gaat plakken. Druk het plat op een plank en laat het goed koud worden in de koelkast. Snijd er repen uit.

4. Energie uit de oven

Bijzonder van smaak is deze mueslireep met vijfkruidenpoeder. Uit de keuken van Yvette van Boven
Met honing, kokosolie, eiwit, Chinese vijfkruidenpoeder, granola, en gedroogde vruchten

Verwarm de oven voor op 170 graden. Meng 75 ml honing met 50 gram gesmolten kokosolie (of boter), 3 eiwitten en 1 theelepel Chinese vijfkruidenpoeder. Schep er 600 gram granola en 250 gram gedroogde vruchten door en meng alles goed door elkaar. Leg bakpapier in een platte bakplaat en verdeel het mengsel erover. Druk het goed aan. Bak ongeveer 25 minuten in de oven tot hij goudbruin kleurt. Snijd in stukken zodra hij is afgekoeld en bewaar in een luchtdichte trommel.

5. Energie uit pindakaas

Als makers van Piets Pindakaas moet hier natuurlijk een echte pindakaasreep tussen zitten. Pindakaas zit bomvol energie.
Met pindakaas, lijnzaad, water, bananen, havermout, gedroogde vruchten, ongezouten notenmix

Doe 2 ½ eetlepel lijnzaad met 4 eetlepels warm water in een kom en roer net zo lang tot het mengsel wat dikker wordt. Prak 2 bananen fijn en meng het met 100 gram pindakaas. Roer hier 250 gram havermout, het lijnzaadmengsel en 50 gram gedroogde vruchten door. Schep het geheel over in een ingevette bakplaat van 20×20. Strooi 100 gram notenmix er overheen. Bak het 25-30 minuten in een op 200 graden voorverwarmde oven. Zodra het is afgekoeld, snijd je er mooie repen uit. (bron: pindakaaswinkel.nl)

Heb je veel tijd over? Bak dan deze Osawa-cake op basis van rijst.

Duurzame kalender

Filed Under: Zelf maken Tagged With: recept

Duurzaam Sinterklaas vieren doe je zo!

23 november 2020 door Ageda Leave a Comment

Hoe duurzaam is Sinterklaas eigenlijk? Super duurzaam natuurlijk. Hij gaat immers al héél lang mee. Al eeuwen galoppeert hij over onze daken en brengt hij de kinderen cadeaus. Toch, als je tegenwoordig naar 5 december kijkt, is het eerder een feest van overconsumptie, veel snoepen, bergen afval en een grote duim voor de wegwerpcultuur. Dat kan natuurlijk anders. Laten we de Sint weer groen maken zonder aan feestgevoelens in te boeten. Duurzaam Sinterklaas vieren doe je zo:

Schoen zetten

Zodra de sint in het land is, mag de schoen worden gezet. ’s Avonds gaat de wortel in de schoen en wordt er luidkeels gezongen. En kijk eens aan, de volgende ochtend ligt er een cadeautje in. Het bewijs dat de Sint en zijn Pieten in het land zijn. Wat legt een duurzame Piet in de gauwigheid in de schoenen? Juist, iets nuttigs.

  1. Heeft je kind nieuwe kleding nodig? Verpak het in een schoencadeau. Grappige sokken of een leuk t-shirt doet het altijd én past opgerold in de schoen
  2. Een tweedehands (prenten)boek
  3. Tekenspullen
  4. Veganistische klei
  5. Ecologische vingerverf
  6. Een duurzame chocoladeletter, bijvoorbeeld van Tony Chocolonely
  7. Brei, punnik, timmer, klei, schilder: geef een zelfgemaakt cadeautje
  8. Iets lekkers uit je eigen keuken

Kijk voor meer inspiratie op mijn Pinterestbord

Suikergoed en marsepein

Snoepen hoort bij Sinterklaas: pepernoten, taai taai, speculaas, het is smullen rond 5 december. Alleen liggen tegenwoordig de pepernoten net na de zomervakantie al in de winkel en gaan er op school en thuis zakken tegelijk door. Wil je dat de kinderen (en jijzelf) minder snoepen deze tijd? Haal het dan niet voortijdig in huis. Laat vooral de kruidnoten links liggen, want die zitten vol verzadigde vetten en zijn gemaakt met palmolie. Geniet er van om thuis met de kinderen echte pepernoten te maken. Met echte (biologische )roomboter of vegan. Of nog leuker: speculaaspoppen.

Kijk voor recepten op mijn Pinterestbord

Geen zin of geen tijd om zelf te maken? Kopen kan natuurlijk ook. Biologische pepernoten vind je bij Albert Heijn (eigen merk) en Ekoplaza (Your Organic Nature). Biologisch speculaas zijn van de merken BioToday, Zonnemaire of Hutten

Duurzaam chocoladeletter

We gaan nog even door op het snoepgoed. Want wat is sinterklaas zonder chocoladeletter? Lang leve TonyChocolonely, die de slaafvrije chocoladeletter introduceerde. Wil je biologisch, kijk dan eens bij Your Organic Nature, of Happy Chocolate. Gelukkig hebben ook supermarkten biologische chocoladeletters in de schappen, meestal van eigen merk.

Pakjesavond

En dan de belangrijkste avond: pakjesavond. Het is voor de meeste kinderen de mooiste avond van het jaar. En de spannendste. Een tip van de Groene Piet: geef de kinderen niet te veel. Want daardoor leren ze spullen niet op waarde te schatten. Koop liever één cadeau van kwaliteit, dan meerdere goedkope cadeautjes wat na een paar keer spelen kapot is. Houdt het binnen de perken en heb vooral veel aandacht voor elkaar.

Dank Groene Piet voor dit advies. Maar wat geven we de kinderen dan?

  1. Geef een activiteit cadeau, zoals een uitstapje naar de dierentuin, een attractiepark of de bioscoop.
  2. Iets wat je zelf hebt gemaakt. Bijvoorbeeld een leuk fotoboek.
  3. Een boek. Vooral als ze de leeftijd hebben dat lezen nog wél leuk is (bij dochterlief (14 jaar) is het helaas te laat). Voor de allerkleinsten is een prentenboek geweldig.
  4. Knutselspullen. En dan lekker basic. Dus tekenspullen of klei. Geen kant en klare pakketten. Laat ze lekker creatief worden.
  5. Ga voor speelgoed dat gemaakt is van duurzaam materiaal, zoals hout of gerecycled kunststof.

Duurzaam shoppen

En waar kopen we onze cadeaus? Wil je duurzaam en goedkoop? Ga dan voor tweedehands. Hiervoor kun je langs de kringloopwinkel of kijken op Marktplaats. Maar er is meer keuze: bijvoorbeeld kleding op Vinted, en ook Coolblue en bol.com hebben steeds vaker tweedehands artikelen. Of hou de ik ruil en geef weg sites in jouw omgeving in de gaten. Wat voor de ander oud is, is voor jou nieuw.

Ga je voor nieuw? Shop dan in een duurzame webshop of winkel. Bijvoorbeeld WAAR (stenen winkel) of Eco-logisch (online).

Vermijd trendgevoeligheid

Hoe lang mijn dochter zeurde om die eenwieler en die Furby! Maar trendgevoelige cadeaus zijn slechts heel even leuk. Is de trend voorbij, dan ligt het in de kast. Ga liever voor iets tijdloos. Iets waar de eigen creativiteit voor nodig is. Hoewel… met ‘slijm’ heeft ze lang gespeeld. Hoewel het leukste pas kwam toen het ‘slijm’ smerig werd. Ze ging filmpjes kijken om te leren hoe ze het zelf kon maken. Dat was eigenlijk veel leuker.

Inpak ideeën

Meters cadeaupapier gaan er tijdens Sinterklaas doorheen. Uit enthousiasme wordt het er vaak afgerost, en aan het eind van pakjesavond is de papiercontainer goed gevuld. Zonde. Wil je het verduurzamen, pak dan eens anders in. Bijvoorbeeld met

  1. Een wegenkaart. Wie gebruikt nog een wegenkaart als hij een tomtom heeft? Dus haal die kaarten uit de kast en verpak er je cadeaus mee. Super origineel.
  2. Een oud tijdschrift. Scheur er mooie pagina’s uit en plak er eventueel een paar aan elkaar, als je een groot cadeau hebt. Een collage maken van foto’s uit het tijdschrift is natuurlijk helemaal mooi.
  3. De krant. Zodra je de krant uit hebt, is het oud nieuws. Ideaal dus om er iets anders mee te doen: inpakken bijvoorbeeld. Knip smalle reepjes uit en maak er een grote strik van. Of maak met verf of stift eerst een mooie tekening op een pagina. Zo verhef je krant tot kunst.
  4. Oude dozen. Bewaar de dozen die je krijgt bij een online bestelling. Het is een snelle manier van inpakken. Leg je cadeau er in en draai er wat draadjes wol omheen, plak er een bloem op of een leuke tekst uit een tijdschrift. De ontvanger kan op zijn/haar beurt de doos weer hergebruiken.
  5. Plastic zak Uiteraard een die je hergebruikt. Knip de zak in het juiste formaat zodat je cadeau er mooi inpast. Plak de zijkanten met gekleurde tape vast. Maak aan de bovenkant een mooie strik en doe er een kleurrijk koordje omheen.
  6. Textiel Met een oud overhemd of versleten blouse kan je leuk een cadeautje inpakken. Weggooien kan immers altijd nog. Knip een recht stuk uit de achterkant, of juist uit de voorkant als er nog leuke knoopjes en een kraagje op zit. Ben je creatief, dan borduur je er nog een strik op of vingerhaak je een koordje.
  7. Hand- of theedoek of washandje Eenmaal uitgepakt hoeft het niet eens weggegooid te worden. Wat dacht je van zo’n stoere rode boerentheedoek? Maak het vast met een elastiekje en vervolgens een grote strik.
  8. (Jam)pot Een klein cadeau stop je makkelijk in een lege (jam)pot. Beschilder de pot, en versier het deksel.

Duurzaam verlanglijstje

En wat vraag je nu zelf voor Sinterklaas? Op mijn lijstje staan alleen duurzame, biologische of gerecyclede wensen. Zoals

  • Een kamerplant. Planten zuiveren de lucht in huis. Vooral goed voor je nu het winter wordt en we ramen en deuren dichthouden.
  • Een goede schaar, lijm of kwasten om mee te knutselen. Geen stickers of andere eenmalige frutsels. Want knutselen doe je uiteraard met afval.
  • Een boek dat wat oplevert: Permacultuurprincipes in de natuurlijke moestuin, Doe het Zero, Groene Beauty
  • Voor wie van koken houdt: biologische kruiden
  • Een fles biologische wijn

Fijn Sinterklaasfeest

Afbeelding van lafynfyx via Pixabay

Filed Under: Zelf beleven

Next Page »

Primary Sidebar

Zoeken

Winkelmand

Inspiratie nodig voor een Groen Huishouden? Download het gratis e-book hier

Producten

  • Duurzame kaarsen van kaarsresten: bolkaars €2.50 – €10.00
  • Elke Dag Groener, 365 tips voor een duurzamer leven €19.95
  • smiley kaars Duurzame kaarsen: smiley kaars €5.00 – €17.50
  • woordjes gemaakt van scrabble letters van hout Scrabble letters van hout €1.50
  • poppetje van vogelvoer Pindapop €7.95

Meest gelezen

  • Maak je eigen tuindecoratie door te recyclen Wil je je tuin mooier maken? Tuindecoratie zelf maken is niet moeilijk. Gebruik oude materialen, zoals een kapotte schaal of versleten laars.
  • wandelschoenen Vind de mooiste wandelroutes in Nederland Ik hou van wandelen. Er zijn tal van wandelroutes in Nederland. Bereid je goed voor en geniet van mooi Nederland.
  • Zuurkool van rode kool en bloemkool: stappenplan fermenteren Wist je dat je van rode kool en bloemkool zuurkool kan maken? Het is een kwestie van fermenteren. Een stappenplan fermenteren vind je hier.
BoekenBoeken

Mijn blogs

Toen ik besloot bewuster te gaan leven, wist ik niet waar te beginnen. Maar al snel werd duidelijk dat elke stap die ik zette, goed was. Ik hoop dat mijn ervaringen jou kunnen inspireren.

Zelf doen          Zelf bouwen
Zelf planten     Lezen, zien en kopen
Zelf beleven     Zelf maken

  • Bloglovin
  • Facebook
  • LinkedIn
  • Home
  • Duurzame inspiratie
  • Blog
  • Shop
  • Over mij
  • Contact

© 2021 · elkedaggroener ·

Met het gebruik van deze site ga je akkoord met met ons Privacybeleid